Een kuiken hoort niet alleen te zijn. Winnie toonde zich duidelijk eenzaam, voortdurend tsjilpend op zoek naar soortgenootjes die er niet meer waren. Haar vader en moeder had ze nooit gekend. Onder moeders vleugels heeft ze dus nooit kunnen schuilen, maar ze kent wel de veiligheid van met soortgenootjes bij elkaar zijn en tegen elkaar aan liggen.
Het was daarom noodzakelijk om er snel een maatje bij te zetten. Kippen zijn helaas niet altijd even aardig tegen elkaar als ze elkaar niet kennen en zeker niet tegen een onbekend enorm groot kuiken. Het was dus even uitzoeken wat goed paste bij Winnie. Gelukkig bleek de tweede poging met het kleine ooit gedumpte Antwerpse Baardkrielkipje Djum djum een goede match te zijn. Kleine Djum djum had al snel in de gaten dat ze niet bang hoefde te zijn en gedroeg zich vriendelijk en vreedzaam tegenover Winnie. Winnie op haar beurt zocht Djum djum op om er dicht naast te liggen. Binnen een paar dagen veranderde ook de huisvesting van een grote konijnenkooi op de tafel in de huiskamer in een grote hondenbench met stro en zaagsel. Het is nog te koud om Winnie naar buiten te doen. Bovendien is Winnie verkouden.
Die eerste avond met Winnie zal ik nooit vergeten. Ik had haar uit de kooi gehaald en op de bank naast me gezet en ze kroop helemaal tegen mij aan. Totaal ontspannen en vol overgave legde zij haar halsje gestrekt op mijn trui en deed haar oogjes dicht en begon toen intens tevreden te prttttten.